Het
kerkelijk of
liturgisch jaar loopt niet gelijk met het burgerlijk jaar of het zogenoemde
kalenderjaar. Het kerkelijk jaar wordt ingedeeld in twee kringen rond de grote feestdagen van
Kerstmis en
Pasen. Het kerkelijk jaar start met de
Kerstkring die aanvangt met de eerste
zondag van de
Advent (eigenlijk het avondgebed voorafgaand aan deze zondag), gaat over Kerstmis tot aan de vierde zondag na
Epifanie (Driekoningen). Dan start de
Paaskring die, naargelang van de gebruikte liturgische kalender, aanvangt met
Septuagesima (70 dagen voor Pasen) of
Aswoensdag. Deze kring eindigt 50 dagen na Pasen met
Pinksteren. De zondag daarop volgt
Trinitatis (Drievuldigheidsfeest) met daarna de 27 zondagen na Trinitatis. Deze periode wordt ook nog onderverdeeld in de zomerkring (Trinitatis en 12 zondagen erna) en de herfstkring (van de 13e tot de 27e en laatste zondag na Trinitatis). Alzo is de kring van het kerkelijk jaar gesloten.