In de
informatica heeft een
functie of
expressie een of meer
neveneffecten als het naast het teruggeven van een waarde ook een toestand aanpast. Voorbeelden hiervan zijn het aanpassen van een globale
variabele of het wegschrijven van informatie naar een
bestand of
beeldscherm. Door neveneffecten wordt het gedrag van het programma mogelijk moeilijker te voorspellen. Een operatie die geen neveneffecten heeft kan veilig worden uitgevoerd zonder dat de toestand van het systeem wordt aangepast. Het opvragen van een waarde is een voorbeeld van een veilige operatie.