Het
spraakkanaal is het geheel aan holten dat zich tussen de
stemplooien enerzijds en de mond- en neusopeningen anderzijds bevindt. Door met behulp van de
articulatoren deze holten te vervormen, kan iemand de uit de longen geperste lucht, die al dan niet door de stemplooien in trilling is gebracht, een bepaalde
klank meegeven.