Tribuun (
Latijn:
tribunus,
Byzantijns Grieks τριβούνος) was de titel van twee à drie verkozen ambtsdragers in de
Romeinse Republiek. Tribunen konden
- de Raad van de Plebejers (concilium plebis) bijeenroepen en als voorzitter dienstdoen. Dit gaf de tribuun ook het exclusieve recht om wetsvoorstellen te doen.
- de Senaat bijeenroepen en voorstellen doen. De macht van de tribuun beperkte zich tot de stad Rome. Zijn veto had geen macht over gouverneurs van provincies en zijn onschendbaarheid gold maar tot een mijl buiten de stadsmuren van Rome. Rond 450 werd het aantal tribunen vergroot tot tien.