Benjamin is in de
Hebreeuwse Bijbel de jongste zoon van
Jakob en
Rachel en was na
Jozef de geliefde zoon van Jakob. Moeder Rachel stierf na zijn geboorte. Zij noemde haar zoon aanvankelijk
Ben-Oni, wat twee vertalingsmogelijkheden biedt 1. "Zoon van (mijn) smart" of 2. "Zoon van (mijn) rijkdom of groeikracht". Zijn vader veranderde dit in
Ben-Jamin, wat "Zoon van de rechterhand" of "Zoon van geluk" betekent. Naar hem werd de stam
Benjamin, één van de stammen van
Israël genoemd. De Benjaminieten hadden een gebied van ca. 40 kilometer breed tussen
Juda en
Efraïm.
Saul,
Israëls eerste koning, was een Benjaminiet. Na de scheuring van Israël behoorde de stam van Benjamin tot het
Koninkrijk Juda.