Mechelen is tot 1795 een kleine zelfstandige heerlijkheid geweest, bestaande uit de stad Mechelen en enkele omliggende gemeenten. Oorspronkelijk hing het af van het prinsbisdom Luik, waaraan het in 910 al was toegewezen. In de praktijk werd het geregeerd door de familie Berthout, tegen de wil van de Luikse prins-bisschoppen. Het hertogdom Brabant probeerde het gebied over te nemen, maar in 1333 stond Luik het feodale leen af aan het graafschap Vlaanderen. Ook die heerschappij was echter niet volledig en definitief.