Nederlands Nedersaksisch is een groep niet-
gestandaardiseerde West-Germaanse Nederduitse variëteiten. Die worden voornamelijk gesproken in het noordelijk en oostelijk deel van Nederland (de provincies
Groningen,
Drenthe,
Overijssel, de
Gelderse gewesten
Veluwe en
Achterhoek, en de
Stellingwerven in het zuiden van
Friesland). De
Nedersaksische dialecten in
Nederland vormen geen taalkundige eenheid; ze behoren zelfs tot twee verschillende hoofd-onderverdelingen van de Nedersaksische taal (Gronings is Noord-Nedersaksisch, de andere dialecten vallen onder het West-Nedersaksisch). De belangrijkste overeenkomsten zitten in het lexicon: de verspreiding van nieuwe woorden houdt tegenwoordig gewoonlijk bij de landsgrenzen op door de invloed die de media en de overheid hebben op de introductie van die woorden. Uitzonderingen zijn plaatsen die deel uitmaken van een internationale agglomeratie: zo heeft het Nederlands duidelijk lexicale invloed op het dialect van
Gronau.