Rachel was de vrouw van de
aartsvader Jakob en de moeder van
Jozef en
Benjamin. Uit het Bijbelboek
Genesis blijkt dat Jakob Rachel meer lief had dan zijn eerste vrouw
Lea. Rachel en Lea hadden een slechte onderlinge band. De voornaamste reden hiervan is dat Rachel voor langere tijd onvruchtbaar was. Lea daarentegen werd meerdere malen moeder. Uiteindelijk baarde Rachel alsnog haar twee zonen, Jozef en Benjamin. Zij stierf bij de geboorte van haar jongste zoon. De
Israëlieten beschouwden haar als stammoeder (vlg.
Ruth 4:11). Ze was de tweede dochter van
Laban (na Lea), de broer van Jakobs moeder
Rebekka. Rachel was dus een nicht van Jakob.