meet
Found in thesaurus: athletics,
cater,
correspond,
agree,
jibe,
get by,
grapple,
interact,
gather,
experience,
undergo
meet
bn.
op de juiste plaats zijnde, passend, voorzien
zn.
ontmoeting; plaats van ontmoeting (bij jagers, etc.)
ww.
ontmoeten; samenkomen; tegenkomen; kennis maken met; antwoord geven aan; volgens het tijdschema meegaan
meet (to)
samenkomen; samenlopen; vergaderen
met
dengan, sama
meet-
ukur