Spontane splijting is een
vervalproces dat vooral voor de
transurane elementen steeds belangrijker wordt naarmate de atoommassa toeneemt. Bij spontane splijting valt de hele kern in twee nieuwe kernen uiteen. Deze nieuwe kernen hebben een
atoomnummer en een
massagetal dat ruwweg de helft bedraagt van de moederkern, hoewel de ene dochterkern in de regel een stuk zwaarder is dan de andere.