In de muziek is een
cluster een (door Henry Cowell voor het eerst benutte) term, voor een
akkoord, dat bestaat uit op elkaar gestapelde grote of kleine
secundes of kleinere
intervallen. Men spreekt doorgaans pas van een cluster als er minstens drie tonen tegelijk klinken. Een
consonant akkoord kan als een bijzondere vorm van cluster worden gezien. Het timbre van een cluster wordt bepaald door natuurkundige akoestische wetten (de
natuurtonenreeks en zijn
complementaire consonante waarden meetbaar met een
monochord, die de basis voor toonladders zijn) die de mate van
consonantie van de klanksamenstelling bepalen en daarbij gepaard gaande effecten als
zweving,
verschiltoon en
somtoon wat tot hoorpsychologische sensaties kan leiden. Men volgt bij deze werkwijze niet de klassieke Westerse norm, zoals opgesteld is in de Westerse
harmonieleer.