De
Summa Theologiæ (Latijn voor
Hoofdzaak van de theologie), ook wel de
Summa theologica of gewoon de
Summa genoemd, geschreven in 1265, is het bekendste werk van
Thomas van Aquino (1225-1275). Het werk is onvoltooid gebleven. Het is een van de klassieken van de theologie en filosofie en behoort tot de meest invloedrijke werken van de Westerse literatuur. De bedoeling was een handboek te schrijven voor beginners en een soort samenvatting van alle theologische leerstellingen van die tijd. Het werk geeft een rationele onderbouwing van de Christelijke theologische stellingen; beredeneerd volgens een methodiek die men later typisch Middeleeuwse
scholastiek is gaan noemen. De Summa is onvoltooid gebleven. De onderwerpen van de Summa worden behandeld volgens een cyclus: het bestaan van God; Gods schepping, de mens; het doel van de mens;
Christus; de
sacramenten; en dan zijn we weer terug bij God. Het werk is beroemd door de vijf argumenten die het geeft voor het bestaan van God: de
Quinque viae (Latijn voor vijf wegen). In het werk worden voortdurend
Augustinus van Hippo,
Aristoteles, en andere christelijke, Joodse, Islamitische en klassiek-heidense schrijvers geciteerd. De
Summa Theologiae is een verder uitgewerkte versie van een eerder boek, ook geschreven door Van Aquino,
Summa contra Gentiles. Dit was een apologetisch werk, waarvan ieder artikel een geloof of een ketterij weerlegde.