Volksduitsers (
Duits: Volksdeutsche, synoniem: Auslanddeutsche) was de term die na de
Eerste Wereldoorlog gebruikt werd om Duitsers aan te duiden die als afzonderlijke volksgroep buiten
Duitsland (en buiten
Oostenrijk en
Zwitserland), meestal reeds eeuwenlang, woonden. De term slaat op de
etnische Duitse minderheden in Midden en Oost-Europa, maar wordt soms ook Duitse immigranten in de Nieuwe Wereld toegepast. Men moest Volksduitsers onderscheiden van Staatsduitsers, meestal ook aangeduid als
Rijksduitsers (Reichsdeutsche), dat wil zeggen, staatsburgers van het
Duitse Rijk zoals het tussen 1871 en 1945 bestond (na 1938 met inbegrip van Oostenrijk). Sinds de oorlog heeft de term Volksduitser echter een negatieve lading gekregen, in reactie op het nazistische misbruik ervan. Dat kan in Midden- en Oost-Europa een reden zijn om de term juist wel te blijven gebruiken, terwijl de betrokkenen zelf daar juist geen prijs (meer) op stellen.