Een
kies is een vrij grote
tand die achterin de
mond staat. Kiezen vermalen het voedsel met een roterende beweging. Om deze functie te vervullen hebben ze in mesiodistale (voorachterwaartse) richting een dubbele knobbelstructuur. Als een kies vaak gebruikt wordt zullen de knobbels langzaam vlakker worden. Een kies van zoogdieren zit in de kaak vast door een wortel. Het deel van de kies dat boven de kaak uitsteekt heet de kroon. De kroon wordt beschermd door het harde glazuur. Binnenin het tandbeen zit een holte die gevuld is met bloedvaten en zenuwen. Kiezen zijn gevoelig voor warmte, kou en beschadiging. Als men een gaatje heeft voelt men dat via de
pijnreceptoren.