Grootheden als
lengte,
massa,
tijdsduur worden uitgedrukt in eenheden. Door
meting wordt vastgesteld welk
veelvoud de
grootheid van de
eenheid is. Als we voor een lengte aangeven
L = 3,2 m, dan gebruiken we de eenheid
meter (m), en geven aan dat de numerieke waarde 3,2 is, wat inhoudt dat de lengte
L 3,2 keer de eenheid is. We kunnen ook schrijven
L/m = 3,2.