partner
Found in thesaurus: significant other,
spouse equivalent,
domestic partner,
spousal equivalent,
relation,
relative,
associate,
individual,
mortal,
person,
somebody,
someone,
soul,
provide,
supply,
furnish,
render,
move,
act
Partner
Partner or
The Partner may refer to:
Books
Partner
Partner als Beteiligte,
Partnerschaft als Gesamtheit bezeichnet:
- Partnerschaft, sexuell-soziale Beziehung
- die Inhaber einer Partnerschaftsgesellschaft (Deutschland), zum Beispiel einer Sozietät, in der sich Angehörige freier Berufe zur Ausübung ihrer Tätigkeit zusammenschließen
- Eine Karrierestufe oder ein Rang insbesondere in Unternehmensberatungsgesellschaften, siehe Partner (Rang)
- Public Private Partnership, eine Form der Durchführung von öffentlichen Aufgaben durch private Unternehmen
Partner
- zakenpartner: een medewerker in een vennootschap die tevens mede-eigenaar is (maat, vennoot, compagnon);
- partner (relatie) (levenspartner): een persoon met wie men het leven deelt;
- Iemand met wie men een gezamenlijke huishouding voert.
- Een contractspartner of wederpartij in een contractuele relatie;
- partner (samenwerking): Een persoon of entiteit met wie men op een andere manier samenwerkt, zoals een bridgepartner, een partner in een internationaal bondgenootschap, of partners die samen een joint venture opzetten.
- Partner (band), een Nederlandse (Limburgse) band
- Peugeot Partner, een automodel van Peugeot
Partner
Cette page d’ répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom.
Partner