| Een
passer is een meetinstrument waarmee een (kleine) afstand vastgezet en elders afge
past kan worden. De bekendste vorm van de passer is die waarmee
cirkels en cirkelbogen getekend kunnen worden. In werkplaatsen worden
steekpassers en
krompassers gebruikt om maten van tekeningen of modellen naar werkstukken over te nemen. De steekpasser wordt ook als
navigatiehulpmiddel gebruikt om afstanden op
zeekaarten af te passen. De passer werd al gebruikt rond 1000
v.Chr. Dit is zichtbaar op aardewerk uit die tijd dat in Griekenland opgegraven is. Hierop werden cirkels getrokken ter decoratie, met behulp van een passer. Het gaatje van de passerpunt is duidelijk zichtbaar.