Rederijkers waren amateur-dichters en voordrachtkunstenaars die zich in de
late middeleeuwen gingen organiseren in verenigingen. Ze spiegelden zich daarbij aan al bestaande broederschappen uit
Artesië. De eerste Nederlandstalige 'kamers' ontstonden in
Vlaanderen. De vroegste, voor zover bekend, was 'Alpha en Omega' uit
Ieper. Pas na de val van
Antwerpen (
1585) begon de bloeiperiode van de rederijkerij in
Holland. In de
Zuidelijke Nederlanden werden te kritische rederijkers door de Spaanse bezetters immers opgepakt en vermoord zodat heel wat schrijvers uitweken naar het noorden.