veins

In the circulatory system, veins (from the Latin vena) are blood vessels that carry blood toward the heart. Most veins carry deoxygenated blood from the tissues back to the heart; exceptions are the pulmonary and umbilical veins, both of which carry oxygenated blood to the heart. In contrast to veins, arteries carry blood away from the heart. Veins are less muscular than arteries and are often closer to the skin. There are valves in most veins to prevent backflow.

Venen (lateinischer Singular , in fachsprachlichen Zusammensetzungen auch phlebo- vom griechischen Genitiv Singular , , zu , , „Ader“) oder deutsch Blutadern sind Blutgefäße, die das Blut zum Herzen führen. Bei einem erwachsenen Menschen transportieren sie jeden Tag etwa 7000 Liter Blut zum Herzen zurück. Dabei haben besonders die Beinvenen schwere Arbeit zu leisten, denn das Blut muss gegen die Schwerkraft zum Herzen befördert werden.

Een ader of vene is een bloedvat dat zorgt voor de terugvoer van het bloed naar het hart. Het bloed stroomt hier rustiger dan in een slagader en onder lage druk. (Aders zijn wijder dan arteriën van dezelfde vertakkingsgeneratie, en er zijn er ook vaak meer van). De wanden van aders zijn minder dik dan die van slagaders, omdat de druk in aders veel lager is. Aders liggen vaker aan de oppervlakte van het lichaam, terwijl slagaders meestal veel dieper liggen. Veel aders hebben kleppen die ervoor zorgen dat het bloed niet de verkeerde kant op stroomt. De aders bevatten zuurstofarm bloed, behalve de longader (vena pulmonalis). De longader leidt namelijk het bloed terug van de longen naar het hart en bevat zuurstofrijk bloed.

En anatomie, une est un vaisseau qui permet le transport du sang de la périphérie (organes ou tissus) vers le cœur (retour veineux) :

• des poumons vers le cœur : les veines transportent le sang riche en dioxygène afin qu'il soit redistribué dans l'organisme dans la circulation systémique (ou « grande circulation »). Il s'agit des veines pulmonaires ;
• des autres organes vers le cœur : les veines transportent le sang pauvre en dioxygène et chargé en dioxyde de carbone, afin qu'il soit « retraité » par les poumons dans la circulation pulmonaire (ou « petite circulation »). Il s'agit de toutes les autres veines.

Leur est 24 fois supérieure à celle des artères. Ces veines peuvent donc contenir de grands volumes à de faibles pressions.